I think you’re pretty, my shrink says I’m witty.

Sinds ik hier eerder deze maand heb geschreven  dat ik me wel amuseer met dat getwitter, heb ik mij daar al zeventienhonderd keer voor moeten verantwoorden. Schrik dus niet als ik de volgende keer automatisch deze pose aanneem. Omdat ik graag het laatste woord heb: mijn favoriete twittertoepassing.

Op de website  Tweetgeheim  kan iedereen, twittergebruiker of niet, anoniem zijn grootste geheim ingeven. Waarom? Ik neem aan dat zoiets op een of andere manier wel oplucht. In ieder geval is het aan gene zijde best opwindend om al die bekentenissen voorbij te zien komen. De voyeur in elk van ons, zoiets. Zet een installatie met precies dezelfde toepassing in het MoMA en zelfs de grootste twitterhater blijft er gebiologeerd voor stilstaan. Hét bewijs dat je niet het medium moet haten, maar alle  mensen die het vertikken om er iets leuks mee te doen.

Wat de bezoekers  met ons delen gaat van schuldgevoelens (“ik lees door een systeemlek al twee jaar alle mail van mijn collega’s”) over hartverscheurende bombshells (“ik zal nooit van mijn opa kunnen houden door wat hij met mijn moeder heeft gedaan”) tot walgelijk grappige bekentenissen (“ik gebruik mijn moeders seksspeeltjes, maar zij noch mijn vriendin weten hier iets van”).

Zelf heb ik twee dingen ingestuurd: een echt geheim, en iets dat ik gewoon mooi vond klinken. Het verzonnen geheim is langsgekomen, het echte niet. Blijkbaar is zelfs mijn meest duistere kant nog te saai en banaal voor het internet.