Lang geleden dat ik bij het doelloos rondsurfen nog op zo’n mooie, eenvoudige en originele website ben terechtgekomen: Animals on the Underground.
Date Archives → juni 2007
After the applause had died down
“80% of success is showing up”, zei Woody Allen ooit. Ik denk niet dat er iemand bestaat op wie deze uitspraak meer van toepassing is dan op mij. De laatste tijd kost het me steeds meer moeite om naar een sollicitatie te vertrekken of heel Leuven af te lopen om interim- of werkloosheidsdossiers in orde te brengen. Een latente depressie die nog gevoed wordt door de vele afwijzingen en een gebrek aan slaap en gezelschap door te veel avondwerk.
Ondanks alles ben ik vandaag toch opgestaan voor een gesprek in het Koninklijk Filmarchief. De bibliotheekjob die daar openstaat is niet al te opwindend, maar ik zou er wel de hele dag persteksten kunnen lezen uit honderd jaar filmgeschiedenis. Mijn eigen artikels probeer ik dan wel te verkopen in mijn vrije tijd.
Nog twintig procent te gaan.
(Ik weet dat jullie zitten te wachten op een recensie van Berlin in Vorst Nationaal eergisteren, maar die komt er niet. Wie een idee wil krijgen zet de cd maar eens loeihard op in de auto om twee uur ’s nachts, op een lege autostrade.)
Mailen met Jef
Afgelopen week kreeg ik een lange brief in mijn mailbox. De eerste zin trok al meteen mijn aandacht: “Beste mensen, wij kennen elkaar door onze familieband, wij zijn buren, kennissen via het verenigingsleven of ons vroeger werk”, meldde de afzender mij. Leuk, want als er iets is dat ik graag doe is het wel corresponderen met familie, buren, kennissen via het verenigingsleven of vroegere werkmakkers.
Mijn vreugde was van korte duur. Al snel bleek dat ik de briefschrijver, Jef Keymeulen, helemaal niet ken. Meer nog: de mail was niets meer dan propaganda voor de Lijst Dedecker. Mijnheer Keymeulen, Jef voor familie, buren, kennissen of oud-collega’s, heeft ergens op het internet een reeks e-mailadressen gevonden en maar meteen besloten om iedereen op die lijst aan te schrijven.
Ik heb mijn familie, buur, kennis of vroegere collega dan ook een vriendelijke mail teruggestuurd met de vraag hoe hij aan mijn adres is gekomen. Liberalen, zeker échte liberalen zoals de LDD’ers, zijn toch grote voorvechters van de privacy van het individu? Tot op heden geen antwoord, maar ik blijf aandringen.
De eerste mail van de heer Keymeulen (5 juni) is hier te lezen, mijn antwoorden hier (6 juni) en hier (10 juni). Een mooie foto van Keymeulen (links) en de cactussen die hij met veel liefde kweekt, kan je hier bekijken.
I, a machine, am showing you a world
Ik leef het materiaal bij elkaar voor mijn volgende boek, “de week waarin meneer Yezerskiy zijn bed niet zag”. Alsof het nog niet moeilijk genoeg is om verschillende sollicitaties te combineren met een interimjobje op de luchthaven, heb ik ook me ook opgegeven om het internationaal documentairefestival Docville te verslaan voor Cutting Edge. Cutting Edge is een mooie website vol kwalitatief hoogstaande artikels over cultuur en media, maar heeft er vooral voor gezorgd dat ik een groot aantal voorstellingen gratis mocht bijwonen. Gezien mijn obsessie met non-fictie, zou ik wel gek zijn om dit aanbod af te slaan.
Mijn voorbeschouwing en recensies kan je hier lezen. (Update: kijk bij de comments van dit bericht.)
Zelf ben ik niet altijd even tevreden over de literaire kwaliteit van deze tekstjes, maar zoals ik al zei: er was niet meteen tijd op overschot. Ik schrijf behoorlijk snel, maar hérschrijf verschrikkelijk traag, zodat het soms een hele tijd duurt voor ik mezelf tevreden kan stellen.
Ach, het belangrijkste blijft dat ik me fantastisch heb geamuseerd. Morgen bezoek ik nog de slotavond in het gezelschap van filmkenner Rötelbaum en daarna wacht me eindelijk weer het zwarte gat.
(Oh ja: u hoeft niet te googlen, het citaat hierboven komt van Dziga Vertov.)