Wachten tot je landt (1)

(februari)

I.

Ik heb een man geslagen. Niet heel hard, op de achterkant van zijn hoofd. Daar ben ik niet trots op, maar in mijn verdediging: hij had eerst mij en een hoop andere mensen bezeerd door luid schreeuwend en wild om zich heen schoppend doorheen een groep wachtenden te stormen op het perron.

Het was maar een kwestie van tijd voor er iets als dit zou gebeuren.

Continue reading