And the songs with the dirty words

Ik begrijp ook niet waarom dit soort dingen mij altijd overkomen, maar maandag moest ik plots weer een professionele  fotograaf binnensmokkelen op mijn day job omdat de krant dringend een foto van mij nodig had. Ik leidde de man mee naar de vergaderzaal, waar hij even rondkeek en daarna zijn lens in mijn gezicht duwde terwijl hij mij liet pivoteren op een stoel. Ondertussen moet ik iets gezegd hebben in de zin van: “doe maar eentje waarop het lijkt alsof ik elk moment in huilen kan uitbarsten van verveling”, want dat is precies wat het resultaat geworden is.

Het zit zo: na twee jaar had Thomas Boekendokter Donderhart Blondeau genoeg van zijn column in Jobat, en iemand op de redactie vond het een goed idee dat ik die dan maar van hem zou overnemen. Na de eerste paniekaanval – want hoe volg je in godsnaam iemand op naar wie je zelf opkijkt? – heb ik beloofd daar het beste van te zullen maken. Vanaf vandaag elke twee weken op het internet of in die weekendbijlage die u vroeger meteen bij het oud papier gooide. Niet meer doen vanaf nu, he? (Alsjeblief?)

Romeinen 14:13

Na vier jaar heb ik er even genoeg van. Niet dat ik nu minder meemaak dan vroeger, maar ik heb steeds minder zin om daar drie stukjes per week over te schrijven – en al helemaal niet op de toon die van mij wordt verwacht. Misschien is het maar een tijdelijke dip, misschien ben ik mijn interesse voorgoed kwijt. In ieder geval zal het hier stil blijven tot ik een nieuw huis of een geschikte huisgenoot heb gevonden. Ook facebook en twitter laat ik zolang links liggen*. Daarna zien we wel. Niet boos zijn. Het ligt niet aan jullie, het ligt aan mij.

You won’t be young forever

Net niet te laat maar helemaal bezweet stormde ik de kamer binnen terwijl ik riep: “JA HALLO, KIJK EENS HOE BEKWAAM IK BEN!” De mensen rond de tafel staarden mij even aan. “WAUW, WAT BEN JIJ BEKWAAM”, riepen zij terug en zo komt het dat ik nu een nieuwe job heb, op de eerste verdieping van misschien wel het mooiste gebouw in de lelijkste stad.

Ik geraak maar niet uit Brussel weg. Misschien moet ik mij daar gewoon bij neerleggen.

Nu heb ik het werk dat ik altijd al wou en een meisje dat vogels tekent op mijn arm. Wat dat voor deze website betekent, weet ik nog niet zo goed. Ofwel dooft alles hier langzaam uit, ofwel zal ik hier vanaf nu de meest fantastische dingen schrijven – precies omdat niets nog moét.