When I’m with you, I have fun

Ik kwam als eerste aan bij het café. Door het raam zag ik een meisje zitten op wie ik vroeger nog verliefd was geweest, dus liep ik voor de veiligheid nog een blokje om. Toen na een tweede en derde keer kijken bleek dat ik me had aangesteld, ging ik naar binnen. Ik nam plaats aan de toog en bestelde een bier. “Jij bent hier nog nooit geweest”, merkte de barman op. Ik beaamde dit, waarop hij verwoede pogingen deed om een gesprek met mij aan te knopen.   Hij begon over het weer, over mijn tongval en over de warmte die zijn authentieke haardvuur op gas uitstraalde, maar op dat soort van gesprekken heb ik nooit geoefend. Mijn standaardgrappen schoten te kort.

Continue reading

Niet aan vroeger denken niet aan vroe

Heb ik niet goed opgelet en zijn eindejaarslijstjes nu definitief passé? Dat de internetpolitie mij dan maar komt arresteren.

  • Boek: in 2010 heb ik nauwelijks iets gelezen dat in 2010 is uitgekomen. De grote uitzondering is Misschien sliep je al van Rick van Leeuwen, het boek waardoor ik al m’n eigen kladjes heb weggegooid. Creëren is ook een snelheidswedstrijd.
  • Cd: als Ben Folds en Nick Hornby samen een cd opnemen, dan moet en zal ik die goed vinden – wat mijn mening ook moge zijn. Verder heb ik erg genoten van Broken Glass Heroes, B. Dolan, Best Coast en Tindersticks, die liedjes maakten zo mooi dat zelfs de cd-speler in mijn auto ze niet meer wil teruggeven.
  • Film: A Single Man staat eenzaam op de eerste plaats, gevolgd door de eerste vijf minuten van Michael Moores Capitalism: a love story. In de categorie kort: Jacco’s film (grappig en ontroerend) en Misschien later (ronduit verbluffend).
  • Theater: het feestelijke einde van de Joke Schauvliege Challenge. Op de valreep zag ik nog Het leven en de werken van Leopold II, meteen het beste van alle zeventien stukken. Lysistrata in Gent en de Brugse Poëzienacht waren memorabel om heel andere redenen.
  • Concert: ik bezoek minder optredens dan vroeger, maar weet ze beter uit te kiezen. Brons gaat naar de acte de présence die Boy George bij Mark Ronson gaf, zilver is voor Beirut en zeven gouden medailles liggen sinds januari al bij Rudy Trouvé en zijn iH8 Camera.
  • Televisie: heel onverwacht werd ik gegrepen door Belga Sport en De Flandriens, in die mate zelfs dat ik een koersfiets heb gekocht. Daarnaast is elk jaar met nieuwe afleveringen van Doctor Who en Peep Show een prima televisiejaar.
  • Herinnering: 2010 zou het jaar worden van alles anders, en niemand kan beweren dat ik geen woord gehouden heb. Er is een nieuw meisje, nieuw werk, een nieuw huis en toch bleef alles bij het oude.

Wij zijn geneigd te denken dat later alles beter zal zijn. In werkelijkheid is later gewoon nog meer vandaag, maar dan zonder Jan Wauters. Ik wens u een prachtig vandaag, ook vanwege Ik ben een astronaut, lief.

Vergeet Amsterdam

In een studentenkamer met zicht op de Amstel poseerde ik voor mijn nichtje Maite, die werkte aan een fotoreeks van mannen met een das. Ik moest natuurlijk en ontspannen op de vensterbank gaan zitten, legde Maite uit, maar zij wist niet dat ik nog nooit érgens natuurlijk en ontspannen had gezeten. Onder gemonkel van de juf van Latijn, die in de andere hoek van de kamer met de kamerpoes speelde, luisterde ik naar instructies over wat ik met mijn lichaam moest doen, al begreep ik met de beste wil van de wereld niet hoe ik die instructies naar een beweging kon vertalen. Een uur later leverde dat toch één bevredigende foto op en konden wij met de metro verder de stad in. We dronken koffie en aten broodjes terwijl aan de tafel achter ons jonge leerkrachten grappige verhalen vertelden over hun leerlingen – en zo schakelden al die heerlijk banale momenten zich aan elkaar tot opnieuw een dag in Amsterdam.

Continue reading

Niet aan vroeger denken

Er was het meisje bij wie ik mocht logeren omdat er de volgende dag geen treinen zouden rijden. Ik had dat in geen jaren meer gedaan, logeren, en heb mijn koffer drie keer opnieuw ingepakt omdat ik niet kon beslissen wat ik nodig had. De volgende morgen stond ik voor haar boekenkast, op zoek naar iets om te lezen tijdens de busrit van anderhalf uur, en ik herinnerde mij dat ik niet zo lang geleden op precies dezelfde manier ’s ochtends voor mijn eigen rek had gestaan. “Welk boek heb je nog niet gelezen?”, had zij toen van onder de lakens gevraagd, in plaats van “welk vind je het allermooist?”, en dat was de eerste keer dat ik merkte dat wij anders naar de dingen keken.

Er was de avond van de logeerpartij, toen wij terugkwamen van het café en praatten over vroeger, want dat is tenminste iets wat ik kan. Voor de ingang van het stadspark lag een dode egel op een opgerolde jas. We bleven staan en bukten ons om beter te kunnen kijken. Aan de overkant van de straat leunden twee jongens tegen een hek. Een van hen rookte een sigaret. “Hij is niet dood”, riep deze, “hij wil alleen niet weg.” “We staan hier al een half uur”, vulde de tweede aan. Zij hadden voor de egel gezorgd en wachtten nu geduldig af tot hij weer naar huis durfde.

You won’t be young forever

Net niet te laat maar helemaal bezweet stormde ik de kamer binnen terwijl ik riep: “JA HALLO, KIJK EENS HOE BEKWAAM IK BEN!” De mensen rond de tafel staarden mij even aan. “WAUW, WAT BEN JIJ BEKWAAM”, riepen zij terug en zo komt het dat ik nu een nieuwe job heb, op de eerste verdieping van misschien wel het mooiste gebouw in de lelijkste stad.

Ik geraak maar niet uit Brussel weg. Misschien moet ik mij daar gewoon bij neerleggen.

Nu heb ik het werk dat ik altijd al wou en een meisje dat vogels tekent op mijn arm. Wat dat voor deze website betekent, weet ik nog niet zo goed. Ofwel dooft alles hier langzaam uit, ofwel zal ik hier vanaf nu de meest fantastische dingen schrijven – precies omdat niets nog moét.

Bananenbrood

Nergens openbaarde de onvoorwaardelijkheid van mijn liefde zich meer dan in de wekker die ik zaterdagochtend op half zes heb gezet, zodat ik haar op tijd naar Gent kon brengen om een bus te halen naar nog verder van mij weg.

Als afscheid hadden wij de dag ervoor doorgebracht zoals kinderen hun vakantie vieren, door bananenbrood te bakken en Doctor Who te kijken en te gaan wandelen in het bos, waar wij bij alles wat wij zagen vragen verzonnen waarop de ander het antwoord niet wist. Bij welke temperatuur menselijk bloed begint te koken, wilden wij weten, en of een ezel ook benen heeft – want hij lijkt genoeg op een paard om die te verdienen. Wij probeerden de oplossing te vinden met logisch nadenken alleen.

Continue reading

Ze veranderen tenminste niets

Er waren uitstekende redenen om het niet te doen, maar ik ging tweemaal stemmen. Aan het ontmoetingscentrum waar verder nooit iemand komt, stond een lange rij – de organisatie is er sterk op achteruit gegaan sinds ik geen bijzitter meer ben. In de gang zat een jongen op een stoel. Hij schuifelde met zijn sandalen over de vloer. Het geluid kraste venijnig langs mijn ruggengraat.

In de exitpoll stemde ik liberaal. Ik ben de bezorger van valse hoop.

“Morgen worden we wakker in een ander Nederland”, zegden de Nederlandse politieke commentatoren vorige week. Journalisten bij ons vonden dat een mooie zin en probeerden gisteren een paar keer erdoor te drukken dat wij zouden ontwaken in een nieuw België.

Het België waarin ik vanmorgen wakker werd, was niet het land dat ik kende van tv. Het was veel kleiner, het was er zacht en warm en mensen vonden het moeilijk om elkaar los te laten.

De kerk ligt gebroederlijk naast de rooms-katholieke Sint-Servaasbasiliek